Fransen volgen naar Mali? Meh.

maliHet leek zo’n mooi scenario: de minst populaire president van Frankrijk in dertig jaar, Francois Hollande, doet zijn superheldencape om en beveelt tot een inval in Mali. Geheel belangeloos natuurlijk: gewoon omdat de Fransen verantwoordelijkheidsgevoel hebben en iets willen doen voor de internationale gemeenschap. Dat stelletje opstandige islamisten moest verdreven worden om de terugkeer van stabiliteit af te dwingen. Het voortbestaan van Mali stond immers op het spel! Het leverde Hollande een glorieus heldenontvangst op in het Afrikaanse land en zelfs de Franse oppositie betoonde in een sterk staaltje Frans chauvinisme steun aan de president. Alhoewel inmiddels alweer kritiek klinkt: ach ja, politiek blijft politiek. De Fransen proberen ons ondertussen nog steeds wijs te maken dat ze in Mali Malì zitten om te voorkomen dat het een brandhaard voor terrorisme wordt. Deze inval had niets te maken met het genereren van een Malí-effect (lees: het opkrikken van Hollande’s populariteit door een succesvolle inval), het in stand houden van de Franse invloedssfeer in Afrika of het zeker stellen van toegang tot uraniumvoorraden die Frankrijk nodig heeft voor haar energiebehoefte. Echt niet. Inmiddels zijn er zelfs Timmerm mensen in Nederland die denken dat het vooral een goed idee is om een handje te helpen. Lijkt ons niet zo’n goed idee. Daarom een stukje duiding: waarom Nederland er goed aan doet om tijdens de internationale ‘vrijwilligers?’ vraagronde even fluitend om zich heen te kijken.

Wanneer het gaat om brandhaarden voor terroristen, zijn er slechts twee staten te noemen die al-Kaida openlijk en actief hebben gesteund: Afghanistan ten tijde van de Taliban en Soedan onder al-Bashir. Pakistan is hier een twijfelgeval: hier zijn het, naast de Pakistaanse veiligheidsdienst ISI, vooral lokale heersers (door de tribale Pashtun traditie van zelfbestuur) die een oogje dichtknijpen. In Mali profiteerden de islamisten van een door militairen gepleegde staatsgreep, een opstand door lokale Touareg-rebellen en de chaos die dat vervolgens met zich meebracht. Toegegeven, mede aan Al-Kaida gelinkte islamistische groeperingen hebben enige invloed in de regio, maar het betreft een relatief klein aantal strijders die vooral geen bovennatuurlijke krachten toegeschreven moet worden. Dus vanwaar dat tromgeroffel over ‘terrorisme’ in Mali of all places?

De interventie in Mali komt niet van de ene op de andere dag, maar is onderdeel van een brede Franse campagne ter behoud van de eigen invloedssfeer in de Afrikaanse regio. Frans West Afrika (voor de Timmermansjes onder ons: Afrique occidentale française) was tot 1960 een federatie van de acht koloniale gebieden in Afrika: Mauritanië, Senegal, Frans Sudan (nu: Mali), Frans Guinee, Ivoorkust, Haut Volta (nu: Burkina Faso), Dahomey (nu: Benin) en Niger.

DEFRANSEN!De Franse invloedssfeer concentreert zich met name in Senegal, Mali en Niger. Toch bemoeiden zij zich ook flink met Soedan (rechts van Tjaad), terwijl Frankrijk in de Soedan-regio in het verleden alleen iets had te zeggen over het Westelijke gedeelte (nu: Mali). Het huidige Soedan stond voorheen onder Brits(-Egyptisch) bestuur. Dus waarom die stampij over niet voormalig koloniaal gebied, zoals Darfur? Darfur is voor de Fransen alleen interessant vanwege Tjaad: hier leven ongeveer 26 (regionaal invloedrijke) stammen aan de grens bij Darfur die de afgelopen jaren zijn gearabiseerd. De Arabische islamisten maken dat de Franse taal, maar ook de traditie van diens instituties afneemt in de regio – dit betekent onherroepelijk ook een afname in zeggenschap en invloed. Zeggenschap in een olie- en uraniumrijkgebied als de Sahel kan gezien worden als een vitaal belang voor Frankrijk. Daarbij moet ook het gasrijke buurland en voormalig Franse kolonie Algerije niet uit het oog worden verloren.

De Soedanese rebellenleider Abdul Wahid al Nur werd dan ook met open armen ontvangen op de ambassade in Parijs: hij sprak immers van ‘islamitische fascisten’. Laten we wel wezen; de mix van terrorisme en schending van mensenrechten doet het goed in Europa. Slechts vijf landen (waaronder Denemarken) hebben het hoofd koel weten te houden en zullen niet intervenieren. Intussen is Mali alweer verdwenen van de voorpagina’s. Dat wil niet zeggen dat het conflict al op het lijstje van successen mag worden bijgeschreven. De inval ging dan misschien vlot, maar Mali verlaten terwijl de stabiliteit blijvend moet worden bewaakt zou nog wel eens een heel ander verhaal kunnen worden. Deze kwestie is nog niet opgelost en dit conflict zou zich wel eens langer kunnen gaan voortslepen dan men beseft. Voor Nederland voldoende reden om zich er verre van te houden. [DK & SdV]

Update: De Malinezen hebben zelf ‘no spirit for change’. Voedsel. Dat moeten ze hebben. Neemt niet weg dat er ondertussen goedbetaalde Westerse stemmen opgaan voor ‘long term engagement’ (trek er maar een paar decennia voor uit) en ‘institution building’.

Een gedachte over “Fransen volgen naar Mali? Meh.

  1. Daarom een stukje duiding: waarom Nederland er goed aan doet om tijdens de internationale ‘vrijwilligers?’ vraagronde even fluitend om zich heen te kijken.

    Helemaal mee eens. Blijf er weg. Ik zou alleen niet gaan fluiten. Dat trekt te veel aandacht en voor je het weet word je gevraag/gesmeekt/gedwongen om mee te doen. Is toch lief om daar te gaan helpen opbouwen en organiseren?

    Dat ‘men’ alleen anoniem kritische kanttekeningen wil plaatsen (zie irinnews.org stuk van update link), zegt veel over wat de ‘correcte’ opvattingen zijn in dezen, en de invloed van correcten.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s