Naar aanleiding van ons artikel over drones in Trouw van vorige week, namen we vandaag deel aan een debat over dat thema op Radio 1. In het programma DeGids gingen we in discussie met Tweede Kamerlid voor de SP Jasper van Dijk. Het debat is hier volledig terug te luisteren.
Net als in het opiniestuk geven we in het debat aan dat de gewapende inzet van drones grote voordelen met zich meebrengt. De bestuurder van het vliegtuig loopt geen direct fysiek gevaar, er hoeven geen andere – vaak risicovollere – operaties te worden uitgevoerd en drones zijn, in tegenstelling tot wat vaak wordt aangenomen, een stuk preciezer dan andere manieren van oorlogvoeren. De ruim 3000 doden waarover Van Dijk in het debat spreekt betreft niet alleen burgerdoden, maar het totaal aantal slachtoffers die door aanvallen met drones zijn gevallen. Daarvan zijn naar schatting tussen de 282 en 881 burgerdoden.Toegegeven, dat zijn nog steeds veel onschuldige slachtoffers, maar daarmee veroorzaken drones nog niet meteen meer burgerslachtoffers dan andere middelen op het slagveld. Integendeel. Gemiddeld vallen bij iedere aanval met een drone tussen de 0.8 en 2.5 burgerdoden. In een studie van het International Committee for the Red Cross wordt gesteld dat in oorlogen vanaf het midden van de vorige eeuw 10 burgerslachtoffers per 1 militair/strijder zijn gevallen. In de meest recente Irak-oorlog lopen de schattingen uiteen van 10 burgers op 1 militair tot 2 burgers op 1 militair. Het Small Wars Journal heeft berekend dat tijdens de oorlog in Afghanistan bij bombardementen met bemande gevechtsvliegtuigen 15 burgerslachtoffers zijn gevallen tegenover iedere militair/talibanstrijder. Afgaand op die cijfers komen we tot de conclusie dat drones helemaal niet zo onnauwkeurig zijn als Van Dijk suggereert. Bovendien neemt de precisie blijvend toe met de voortgaande technologische ontwikkelingen.
Van Dijk komt vervolgens met het argument dat drones door de Amerikanen vooral worden ingezet buiten conflictgebieden en voor buitengerechtelijke executies. Het is waar dat het drone-beleid van de Verenigde Staten op bepaalde punten discutabel kan worden geacht. De juridische inkadering is voorzichtig gezegd wankel en leidt onder andere tot het oprekken van het concept ‘soevereiniteit‘. Problematisch aan dit argument is echter dat de Amerikaanse inzet van gewapende drones op geen enkele manier leidend hoeft te zijn voor de wijze waarop Nederland dit militaire middel mogelijk zal gaan inzetten. Nederland is geen Amerika: we spelen als land een volstrekt andere rol op het wereldtoneel en hebben te maken met andere belangen en bedreigingen. Al zouden we het willen dan nog zou Nederland bewapende drones niet kunnen inzetten op de schaal en de manier waarop de Amerikanen dat nu doen. Bovendien zien we in Amerika momenteel ook een debat ontstaan over de inzet van drones, waarbij bevoegdheden van de CIA naar het Pentagon worden verschoven. Op die wijze hoopt men tot meer toezicht en transparantie te komen. Diegenen die tegen bewapenbare drones zijn zouden minder moeten kijken naar de Verenigde Staten en veel meer de vraag centraal moeten stellen hoe drones kunnen bijdragen aan Nederlandse doelen en belangen en hoe wij ze in zouden willen en kunnen zetten.
In het debat is verder te horen dat wij – net als Van Dijk – voor een debat over de mogelijke gewapende inzet van drones door Nederland zijn. Het is dan ook toe te juichen dat een dergelijke discussie momenteel op gang komt en niet – zoals in Amerika en Duitsland – pas nadat de daadwerkelijke inzet door de eigen krijgsmacht ethische en juridische vragen oproept. Het is echter de vraag wie in dit debat ongenuanceerd en gemakkelijk tot allerlei uitspraken komen. Van Dijk en de SP gooien bij voorbaat de deur dicht door ervoor te pleiten een moratorium op het gebruik van bewapende drones af te roepen. Bewapenbare drones verdienen volgens ons een eerlijkere kans, waarbij ruimte moet zijn voor nuance en waarbij ook de voordelen van het middel nadrukkelijk aan bod komen.
Op het einde van het debat werd nog de vraag gesteld hoe om te gaan met de mogelijke inzet van drones door criminelen of terroristen. Dat risico is inderdaad aanwezig, maar is niet per definitie groter dan bij de inzet van ander wapentuig. Het is onwaarschijnlijk dat geavanceerde drone-systemen of/en de bijbehorende wapens (zoals hellfire raketten of lasergeleide bommen) gemakkelijker dan andere (enigszins vergelijkbare) wapens in handen zullen vallen van terroristen of criminelen. Laat staan dat zij die middelen op korte termijn zelf kunnen ontwikkelen. Wel is het mogelijk dat zij beschikking weten te krijgen over meer simpele uitvoeringen. Dat risico zal moeten worden ingecalculeerd, maar dat is niets nieuws. Bovendien is het een non-argument om op basis daarvan tegen de aanschaf van bewapanbare drones te pleiten: het is namelijk niet alsof terroristen af zullen zien van gebruik als Nederland dat ook doet. Een dergelijke argument staat gelijk aan het pleiten tegen iedere vorm van vooruitgang, omdat daar mogelijk risico’s aan kleven. [SdV]