Precies een week geleden kregen 500 Nederlandse militairen een medaille voor hun deelname aan de Patriot-missie. Niet alleen greep CDS Tom Middendorp de uitreiking aan voor een stukje reflectie, ook de commandant van Ballistic Missile Defense Task Force, Ltcol Niels Vredegoor, gaf deze week een interessante terugblik op de missie tijdens het jaarlijkse Kooy Symposium. Deze reflectiemomentjes kunnen wij jullie niet onthouden. Want de lessen die volgens ons hierin liggen zijn niet alleen voor Defensie, maar met name voor de politiek.
Hoe kwamen we daar?
In juni 2012 werd een Turks reconnaissance vliegtuig neergehaald door het Syrische regeringsleger. Het duurde vervolgens nog een maand voordat de lichamen van de twee piloten werden teruggevonden in de Mediterraanse Zee. Turkije vroeg direct na het incident een NAVO-overleg aan op basis van artikel 4. Ondertussen dreigde de Syrische president Assad chemische wapens in te zetten tegen Westerse troepen als Westerse landen het in hun hoofd zouden halen die in te zetten. Enkele maanden later, in oktober, schoot Turkije terug op het Syrische regeringsleger nadat vijf burgers omkwamen door Syrische projectielen in de stad Akcakale. In november vond Turkije het welletjes geweest en vroeg aan het bondgenootschap of zij wilden assisteren in het verhogen van luchtverdedigingscapaciteiten. Aangezien niemand zat te wachten op escalatie werd dit toegezegd en werden er door de Verenigde Staten, Duitsland en Nederland 2 Patriot batterijen geplaatst in de risicogebieden.
Uiteraard stond Nederland vooraan toen de NAVO dit keer met de pet-voor-PAC3s langsging. Het was tenslotte alweer een tijdje geleden dat deze waren ingezet. De laatste keer, in 2003 tijdens de Irakoorlog, kreeg Turkije eveneens via het bondgenootschap bescherming door de plaatsing van Patriots. Een systeem dat al negen jaar niet actief is ingezet, niche-capaciteit of niet, kan in periodes van snelle bezuinigingen al snel bovenaan het lijstje “Overbodig. Dus wegbezuinigen” komen te staan. Daarnaast waren er ook internationale overwegingen: Nederland haalt waar mogelijk graag een wit voetje bij de Amerikanen. Dit heeft twee redenen. Allereerst omdat de Amerikanen enkele jaren al (terecht) flink uit hun hummetje zijn over de Europese defensie-uitgaven. Europese landen bezuinigen allemaal keihard op Defensie maar zodra er iets gebeurd staan zij direct op de stoep bij Uncle Sam om via de NAVO-weg gebruik te maken van Amerikaanse communicatie- en infrastructuur. Deelname aan een Patriot missie zou laten zien dat er ondanks die lage defensie-uitgaven we ons steentje toch echt wel bijdragen. Ten tweede dienen wij het internationaal politieke equivalent van het Trauma van ’74 niet over het hoofd te zien, namelijk het Nationale Trauma van de Verdwenen G20-stoel #neverforget
Geheel op zijn Nederlands mopperde de Tweede Kamer nog wat over de kosten van een raket. Want raketten stuur je tenslotte niet om te gebruiken. Na wat accountancy-gemor door de oppositie, stemde de Twee Kamer in met een ruime meerderheid en kon de missie van start gaan.
Wat deden wij daar?
De Patriots werden geplaatst om de Turkse luchtverdedigingscapaciteiten te vergroten en op deze wijze de Turkse burgerbevolking te kunnen beschermen. Tegelijkertijd was deze missie ook een afschrikking richting Syrië door te laten zien dat bondgenoten wel degelijk gezamenlijk optrekken in tijden van dreiging en de grootste stok van de NAVO, artikel 5, nog springlevend is.
Voor de nerds: NAVO-animatie over het hoe en wat van ballistic missile defence
Wat waren de uitdagingen?
Zoals aangegeven door zowel CDS Middendorp als Ltcol. Vredegoor was de grootste uitdaging dat Defensie eigenlijk niet toegerust was om een intensieve operatie zoals Active Fence voor een langere periode te voltooien. Toch is het gelukt, maar wel tegen een bepaalde prijs:
(1) Overbelasting personeel. De regelgeving moest worden aangepast om een kortere rotatieperiode op vrijwillige basis mogelijk te maken. In Turkije zelf waren er 3 teams beschikbaar voor 24 uur, wat inhield dat er diensten van 12 uur werden gedraaid. Omdat het alle hens aan dek was qua personeel, draaiden de instructeurs ook mee in de rotatie waardoor zogeheten readiness training niet kon worden gedaan.
(2) Overbelasting materieel. Alle operationele systemen waren ingezet en de faciliteiten in Turkije waren niet voldoende om het gecompliceerdere, maar niet minder noodzakelijke, onderhoud te plegen. Zoals bijvoorbeeld (software)updates. Er komt uiteraard meer bij kijken dan nu en dan een dotje olie en vervanging van de remblokjes. Ook bepaalde generatoren draaide, net als de missie, 24 uur per dag waardoor zij in twee jaar tijd meer hadden gelopen dan in de voorafgaande 10 jaar bij elkaar. Door de intensiteit waren de reserve-onderdelen dan ook in no time op waardoor er wekelijks transport plaatsvond tussen Nederland en Turkije.
Wat zijn de lessen?
De lessen zijn volgens ons twee zijden van dezelfde munt: deze liggen zowel bij Defensie als bij de politiek. Allereerst wordt het tijd dat Defensie wat minder the A-team uithangt. Geef een ploeg militairen een stofzuiger, een oude haarborstel en wat lege spuitbussen, gooi ze in een oude schuur en ze komen (net als the A Team) binnen een uur met een volwaardig operationele tank naar buiten rollen. Die can do-mentaliteit is mooi, maar er kleeft wel een behoorlijk risico aan. Namelijk dat heren en dames politici gaan denken dat Defensie dus ook niet meer nodig heeft dan een stofzuiger, een oude haarborstel en wat lege spuitbussen. Het uithollen en feitelijk kannibaliseren van personeel en materieel is een krijgsmachtbreed probleem. Ook de Luchtmacht piept en kraakt onder de inzet van F16’s in Irak en heeft zelfs noodzakelijke bestedingen (!) alvast op de pof moeten financieren. Dit brengt ons direct op het tweede, en grootste, punt: er worden vanuit de politiek idiote eisen gesteld.
Kortom: politici dienen de verantwoordelijkheid te nemen om de krijgsmacht niet te overvragen. Zowel budget als uitzending blijven tenslotte politieke besluiten die Defensie maar heeft uit te voeren. Toch zal dit lastig aan het verstand te peuteren zijn bij heren en dames politici zolang deze alarmbellen niet vooraf en tijdens de missie uit alle lagen van de defensie-organisatie worden afgegeven. Politici en hoge ambtenaren met opgetrokken wenkbrauw vragen of ze wel helemaal lekker zijn, mag ook wel eens wat vaker gebeuren.
[Dieuwertje Kuijpers]
“…politici dienen de verantwoordelijkheid te nemen..” Rest my case!